Nederlands

 
Uitspraak
Woordafbreking
  • paar·den·kas·tan·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord paardenkastanje paardenkastanjes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de paardenkastanjev / m

  1. (bloemplanten) een geslacht Aesculus   van ruim twintig soorten loofbomen. De paardenkastanje komt op het noordelijk halfrond voor, voornamelijk in Noord-Amerika, Zuidoost-Europa   (Albanië en Griekenland), de Himalaya, China en Japan. De paardenkastanje is een kensoort voor het onderverbond Ulmenion carpinifoliae van het verbond van els en gewone vogelkers (Alno-padion)
  2. (plantkunde) vrucht van een loofboom uit het geslacht Aesculus  
Schrijfwijzen
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Afgeleide begrippen
Schrijfwijzen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen