Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • over·be·taal·den

Werkwoord

vervoeging van
overbetalen

overbetaalden

  1. meervoud verleden tijd van overbetalen
    • Wij overbetaalden. 
    • Jullie overbetaalden. 
    • Zij overbetaalden. 

Gangbaarheid