Deens

Woordafbreking
  • or·de·ne

Zelfstandig naamwoord

ordene, mv

  1. bepaalde vorm nominatief meervoud van ord


Noors

Woordafbreking
  • or·de·ne

Zelfstandig naamwoord

ordene, mv

  1. bepaalde vorm nominatief meervoud van ord
Schrijfwijzen


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
ordenar

ordene

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van ordenar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van ordenar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van ordenar