oplettendheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- op·let·tend·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oplettendheid | oplettendheden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de oplettendheid v
- het oplettend zijn
- Petje af voor de oplettendheid.
Synoniemen
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord oplettendheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.