Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·ge·som·de

Bijvoeglijk naamwoord

opgesomde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van opgesomd

Werkwoord

vervoeging van: opsommen…
verbogen vorm: opgesomdee

opgesomde

  1. verbogen vorm van opgesomd, voltooid deelwoord van opsommen

Gangbaarheid