ontrafeld
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ont·ra·feld
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van ontrafelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van: | ontrafelen… |
verbogen vorm: | ontrafelde |
ontrafeld
- voltooid deelwoord van ontrafelen