Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·gaat

Werkwoord

vervoeging van
ondergaan

ondergaat

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondergaan
    • Jij ondergaat. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondergaan
    • Hij ondergaat. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ondergaan
    • Ondergaat! 
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
ondergaan

ondergaat

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondergaan
    • ... dat jij ondergaat. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ondergaan
    • ... dat hij ondergaat.