Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oe·fen·exa·men
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oefenexamen oefenexamens
verkleinwoord oefenexamentje oefenexamentjes

Zelfstandig naamwoord

het oefenexameno

  1. (onderwijs) een examen dat men kan men afleggen als voorbereiding op het daadwerkelijk af te leggen examen.
    • Het maken van oefenexamens is een goede training voor een examen. 
Synoniemen
  1. proefexamen

Meer informatie

Gangbaarheid