normaalvector
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nor·maal·vec·tor
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van normaal en vector
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | normaalvector | normaalvectoren |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de normaalvector m
- (wiskunde) een normaalvector van een vlak is een vector verschillend van de nulvector die loodrecht staat op dat vlak
Gangbaarheid
- Het woord 'normaalvector' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.