mustern
Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- mus·tern
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
mustern |
musterte |
(hat) gemustert |
volledig |
Werkwoord
mustern
- overgankelijk bekijken, monsteren
- overgankelijk, (kleding) met een monster versieren
- overgankelijk, (militair) inspecteren
- overgankelijk, (militair) keuren
Synoniemen
- [1]: betrachten
- [3]: inspizieren
- [3]: untersuchen
Afgeleide begrippen
|
|
|
Verwante begrippen
- [1]: Muster
Typische woordcombinaties
- [1]: jemanden skeptisch mustern
iemand sceptisch bekijken