Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • mi·gra·tie·rou·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord migratieroute migratierouten,
migratieroutes
verkleinwoord migratieroutetje migratieroutetjes

Zelfstandig naamwoord

de migratieroutev / m

  1. een route die tijdens een migratie gevolgd wordt
    • Veel dieren volgen jaarlijks een vaste migratieroute. 
Vertalingen

Gangbaarheid