machinerie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: machinerie (hulp, bestand)
- IPA: / ˌmaʃinəˈri / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- ma·chi·ne·rie
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van machine met het achtervoegsel -erie, misschien als leenvertaling van 16e eeuws Latijn machinaria, vergelijk Frans machinerie en Engels machinery [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | machinerie | machinerieën |
verkleinwoord | machinerietje | machinerietjes |
Zelfstandig naamwoord
de machinerie v
- geheel van machines
Vertalingen
1. geheel van machines
Gangbaarheid
- Het woord machinerie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "machinerie" herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be