Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maakt zoek
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
zoekmaken

maakt (…) zoek

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zoekmaken
    • Jij maakt zoek. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zoekmaken
    • Hij maakt zoek. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zoekmaken
    • Maakt zoek! 

Gangbaarheid