Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • le·ver·bot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord leverbot leverbotten
verkleinwoord leverbotje leverbotjes

Zelfstandig naamwoord

de leverbotm

  1. (wormen) Fasciola hepatica   platworm en parasiet die in de lever (van schapen, maar ook van paarden, runderen, en andere diersoorten) leeft
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen