Nederlands

 
De bloem van de soort Spathiphyllum cochlearispathum
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • le·pel·plant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lepelplant lepelplanten
verkleinwoord lepelplantje lepelplantjes

Zelfstandig naamwoord

de lepelplantv / m

  1. (bloemplanten) een geslacht Spathiphyllum   uit de aronskelkfamilie (Araceae  ). Het geslacht is onder te verdelen in veertig soorten, waarvan een aantal wordt gebruikt als kamerplant. De lepelplant komt uit het regenwoud. Om hem mooi te houden is veel water nodig en dient hij af en toe besproeid te worden. De plant overleeft echter ook periodes met weinig water. Hij heeft niet veel zonlicht nodig
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie