Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lek·rij·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lekrijden
reed lek
lekgereden
klasse 1 volledig

Werkwoord

lekrijden

  1. onovergankelijk een lekke band krijgen
    • Wielrennen en lekrijden is natuurlijk geen goed huwelijk. Voor de frequente renner is het echt onoverkomelijk dat je een keer met een lege band komt te zitten 

Gangbaarheid