leepoog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- leep·oog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | leepoog | leepogen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het leepoog o
- (medisch) oog waar vocht uit druppelt als teken van een ontsteking van de oogleden
Vertalingen
1. oog waar vocht uit druppelt als teken van een ontsteking
Gangbaarheid
- Het woord leepoog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "leepoog" herkend door:
51 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ leepoog op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be