landschappelijker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: landschappelijker (hulp, bestand)
- IPA: /lɑntˈsxɑpələkər/
Woordafbreking
- land·schap·pe·lij·ker
Woordherkomst en -opbouw
- landschappelijk met het achtervoegsel -er
Bijvoeglijk naamwoord
landschappelijker
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van landschappelijk