krijgsgewoel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- krijgs·ge·woel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | krijgsgewoel | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (militair) alle drukte tijdens de actieve oorlogsvoering
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord krijgsgewoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ 2,0 2,1 Joanot Martorell en Martí Joan de Galba“Tirant lo Blanc” (1987), Schocken, ISBN 0805238999