krauwel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- krau·wel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | krauwel | krauwels |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de krauwel m
- drietandige haak
- klauw van een vogel met kromme nagels
Vertalingen
1. drietandige haak
Gangbaarheid
- Het woord 'krauwel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "krauwel" herkend door:
44 % | van de Nederlanders; |
41 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Oudnederlands Woordenboek
- ↑ krauwel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be