kleine reigersbeksnuitkever

Nederlands

Een exemplaar dat verzameld werd in Zandvoort .

Uitspraak

• Geluid:  kleine reigersbeksnuitkever    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• klei·ne rei·gers·bek·snuit·ke·ver

Woordherkomst en -opbouw

• verbinding van  kleine  en reigersbeksnuitkever

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kleine reigersbeksnuitkever	kleine reigersbeksnuitkevers
verkleinwoord	klein reigersbeksnuitkevertje	kleine reigersbeksnuitkevertjes

Zelfstandig naamwoord

de kleine reigersbeksnuitkever m

1. (kevers) Limobius mixtus  een kever uit de familie snuitkevers (Curculionidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst voorgesteld door Carl Henrik Boheman in 1834

Hyperoniemen

• snuitkevers, kevers, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'kleine reigersbeksnuitkever' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.