Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne ra·te·laar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine ratelaar kleine ratelaars
verkleinwoord klein ratelaartje kleine ratelaartjes

Zelfstandig naamwoord

de kleine ratelaarm

  1. (bloemplanten) Rhinanthus minor   een plant uit de bremraapfamilie (Orobanchaceae  ). Het is een halfparasiet op gras en graan. Het haalt gedeeltelijk voedsel uit de wortels van grassen. Het is de kleinste van de in de Benelux aanwezig soorten. De 1 mm grote tand van de bovenlip is een onderscheidend kenmerk. Deze is wit, maar kan net als bij de grote ratelaar (Rhinanthus angustifolius  ) vaak ook paars-blauw zijn
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie