keyloggen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- key·log·gen
Woordherkomst en -opbouw
- gevormd uit Engels keylogging zn met het achtervoegsel -en
Werkwoord
keyloggen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
keyloggen |
keylogde |
gekeylogd |
zwak -d | volledig |
- registreren van toetsaanslagen op een computer om zo stiekem informatie te verkrijgen
- ▸ Keyloggen supersimpel[1]
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord keyloggen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Keyloggen is zo gebeurd” (Woensdag 25 juni 2014), NOS