kasadministratie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kas·ad·mi·nis·tra·tie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kas zn en administratie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kasadministratie | kasadministraties |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kasadministratie v
- (boekhouding) boekhouding van contant ontvangen gelden
- ▸ De twee, een broer en zus van 43 en 39, hebben praktijken in Rotterdam, Den Haag, Zoetermeer en Rijswijk. Vermoedelijk gebruikten ze het contante geld van klanten om van te leven. De FIOD heeft geen kasadministratie gevonden.[1]
Gangbaarheid
- Het woord kasadministratie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Twee tandartsen vast voor fraude” (Vrijdag 2 april 2010, 16:41), NOS