kamerbrem
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ka·mer·brem
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kamer zn en brem zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kamerbrem | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kamerbrem m
- (bloemplanten) Genista ×spachiana plant die vaak wordt aangeboden in het voorjaar en met de overdadige gele bloei in de trend van de laatste jaren past om ook met Pasen het huis te versieren
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'kamerbrem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] kamerbrem op Wikidata