Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ka·bot·se·ke

Zelfstandig naamwoord

het kabotsekeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kabots
Synoniemen

Gangbaarheid

10 % van de Nederlanders;
27 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be