Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jeugd·er·va·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jeugdervaring jeugdervaringen
verkleinwoord jeugdervarinkje jeugdervarinkjes

Zelfstandig naamwoord

de jeugdervaringv

  1. (psychologie) zaken die je door ondervinding hebt geleeerd in tijd dat je jong was
    • Sommige psychologen denken dat mensen vooral bepaald zijn door jeugdervaringen. 
    • Door zijn gelukkige jeugd had hij vooral prettige jeugdervaringen opgedaan. 

Gangbaarheid