internetsparen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ter·net·spa·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van internet zn en sparen ww
Werkwoord
internetsparen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
internetsparen |
||
onvolledig |
- een spaarrekening beheren via het internet
- ▸ Door de economische crisis groeide ook de populariteit van andere vormen van sparen, zoals de spaarloonregeling voor werknemers en internetsparen. In totaal hadden Nederlanders vorig jaar bijna 285 miljard euro op spaarrekeningen staan, zeven procent meer dan in 2008.[1]
- ▸ 'Bankrun internetsparen gevaarlijk voor ING'[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord internetsparen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Populariteit banksparen neemt toe” (Dinsdag 27 april 2010, 10:52), NOS
- ↑ Weblink bron “'Bankrun internetsparen gevaarlijk voor ING'” (10-11-2011), Tubantia