internationaler
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ter·na·ti·o·na·ler
Bijvoeglijk naamwoord
internationaler
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van internationaal
Deens
Woordafbreking
- in·ter·na·tio·na·ler
Zelfstandig naamwoord
internationaler, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van internationale