vervoeging van
infiltrar

infiltren

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van infiltrar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van infiltrar
vervoeging van
infiltrarse

infiltren

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van infiltrarse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van infiltrarse