Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·cest·hys·te·rie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord incesthysterie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de incesthysteriev

  1. (politiek) de overdreven en onterechte opwinding over vermeend seksueel misbruik van kinderen door ouders
     De dramaturgie werd precies zoals Ponti had beloofd toen ze elkaar een hele werkdag in Malmô hadden ontmoet om de val voor Henning Sjôstrand te zetten en de aanval op de incesthysterie voor te bereiden.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044645149