Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • iden·ti·teits-chip
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord identiteits-chip identiteits-chips
verkleinwoord identiteits-chipje identiteits-chipjes

Zelfstandig naamwoord

de identiteits-chipm

  1. (informatica) een chip die wordt gebruikt voor het registreren van de identiteit van een individu
Schrijfwijzen

Gangbaarheid