Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ho·re·ca·sec·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord horecasector horecasectors
horecasectoren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de horecasectorm

  1. de bedrijfstak van alle leveranciers van producten en diensten op het gebied van de horeca