horecasector
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ho·re·ca·sec·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | horecasector | horecasectors horecasectoren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de horecasector m
- de bedrijfstak van alle leveranciers van producten en diensten op het gebied van de horeca