honderdvijfentachtigje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·derd·vijf·en·tach·tig·je

Zelfstandig naamwoord

het honderdvijfentachtigjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord honderdvijfentachtig

Gangbaarheid