Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hob·by·ac·ti·vi·teit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hobbyactiviteit hobbyactiviteiten
verkleinwoord hobbyactiviteitje hobbyactiviteitjes

Zelfstandig naamwoord

de hobbyactiviteitv

  1. iets dat men uit liefhebberij doet in zijn vrije tijd
     Dat ze rechten studeerde terwijl ze op de Handelshogeschool zat, had Calle makkelijk door de vingers kunnen zien, dat beschouwde hij als een soort hobbyactiviteit en ze was lang niet de enige op de Handelshogeschool.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044645149