hickory
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hic·ko·ry
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hickory | hickory's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de hickory m
- Carya botanische naam voor boom en hout voor een geslacht uit de okkernootfamilie Juglandaceae
Zelfstandig naamwoord
het hickory o
- hout van een hickory
Gangbaarheid
- Het woord hickory staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hickory" herkend door:
28 % | van de Nederlanders; |
26 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ hickory op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be