Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·ont·dek·ten

Werkwoord

vervoeging van
herontdekken

herontdekten

  1. meervoud verleden tijd van herontdekken
    • Wij herontdekten. 
    • Jullie herontdekten. 
    • Zij herontdekten.