hazenvlees
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: hazenvlees (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ha·zen·vlees
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haas en vlees met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hazenvlees | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het hazenvlees o
- (voeding) vlees van een haas
Uitdrukkingen en gezegden
- Hazenvlees hebben
- bangelijk zijn
Gangbaarheid
- Het woord hazenvlees staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.