hazelnoot

Hazelnoot

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  hazelnoot    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈhazəɫˌnot/

Woordafbreking

• ha·zel·noot

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  hazel  en  noot 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	hazelnoot	hazelnoten
verkleinwoord	hazelnootje	hazelnootjes

Zelfstandig naamwoord

de hazelnoot v / m

1. (plantkunde) Corylus avellana  een vrucht van de hazelaar

   • Hazelnoten worden vaak door mensen gegeten. 

Vertalingen

    1. een vrucht van de hazelaar   

Deens: hasselnød (da) g Duits: Haselnuss (de) v Engels: hazelnut (en)

Frans: noisette (fr) v Italiaans: nocciola (it) v Spaans: avellana (es) v

Gangbaarheid

• Het woord hazelnoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hazelnoot" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.