havikuil
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- ha·vik·uil
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van havik zn en uil zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | havikuil | havikuilen |
verkleinwoord | havikuiltje | havikuiltjes |
Zelfstandig naamwoord
de havikuil m
- (uilen) Uroglaux dimorpha een vogel uit de familie Strigidae (uilen). Deze soort is endemisch in Nieuw-Guinea
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'havikuil' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.