hapscheer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- hap·scheer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van hap en scheer [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hapscheer | hapscheren |
verkleinwoord | hapscheertje | hapscheertjes |
Zelfstandig naamwoord
Gangbaarheid
- Het woord 'hapscheer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.