groepsles
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- groeps·les
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van groep en les met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | groepsles | groepslessen |
verkleinwoord | groepslesje | groepslesjes |
Zelfstandig naamwoord
- (onderwijs) een les die je met meerdere mensen tegelijk volgt
- Wij hadden naast de individuele rijlessen ook groepslessen voor het theorie-examen.
Gangbaarheid
- Het woord groepsles staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "groepsles" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be