Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groeps·les
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groepsles groepslessen
verkleinwoord groepslesje groepslesjes

Zelfstandig naamwoord

de groepslesv / m

  1. (onderwijs) een les die je met meerdere mensen tegelijk volgt
    • Wij hadden naast de individuele rijlessen ook groepslessen voor het theorie-examen. 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be