groeiherstel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- groei·her·stel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van groei zn en herstel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | groeiherstel | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het groeiherstel o
- (economie) het weer vertonen van economische groei na een periode van stilstand of krimp
- ▸ In de nieuwe analyse van DNB over de economische gevolgen van de oorlog in Oekraïne staat dat geopolitieke onzekerheden en springerige, hoge energieprijzen een grote onzekerheid veroorzaken. De hoge inflatie, de lagere groei van de wereldhandel, de verstoorde handelsstromen en meer onzekerheid zullen sowieso het sterke groeiherstel na de coronarecessie vertragen. De groei van de Nederlandse economie valt sowieso lager uit dan eerdere ramingen nog aangaven.[1]
- ▸ Het verwachte groeiherstel van dit en volgend jaar maakt de enorme dreun die de economie gekregen heeft niet goed. Pas in 2022 zal de economie weer het niveau van begin 2020 bereiken.[2]
Gangbaarheid
- Het woord groeiherstel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “'Iedereen een stukje armer': DNB verwacht inflatie van bijna 7 procent” (Donderdag 17 maart 2022, 13:00), NOS
- ↑ Weblink bron “CPB: economie groeit weer, maar coronaklap dreunt na” (Maandag 17 augustus 2020, 08:04), NOS