Deens

Woordafbreking
  • gri·se·sti·en
Naar frequentie 229210

Zelfstandig naamwoord

grisestien, g

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van grisesti


Noors

Woordafbreking
  • gri·se·sti·en
Naar frequentie 229210

Zelfstandig naamwoord

grisestien,

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van grisesti