gratieerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gratieerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- gra·ti·eer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gratiëren |
gratieerden
- meervoud verleden tijd van gratiëren
- Wij gratieerden.
- Jullie gratieerden.
- Zij gratieerden.
- Wij gratieerden.