Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gras·mat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grasmat grasmatten
verkleinwoord grasmatje grasmatjes

Zelfstandig naamwoord

de grasmatv / m

  1. grasveld, gazon, voetbalveld
    • Een mooie groene grasmat is de trots van menig tuinier. 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be