gouvernementsgebouw

Nederlands

 
[2] gouvernementsgebouw
Uitspraak
Woordafbreking
  • gou·ver·ne·ments·ge·bouw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gouvernementsgebouw gouvernementsgebouwen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het gouvernementsgebouwo

  1. (politiek) (bouwkunde) gebouw waar de leiding van een bepaald deel van een land is gevestigd
     Daar, op het plein achter het gouvernementsgebouw, hebben zich na het vrijdaggebed een paar honderd mensen verzameld die hopen op verandering. "De democratie en gerechtigheid zijn door Erdogan gesloopt. Zolang er geen rechtvaardigheid en geen vrijheid is, hebben we niks", zegt een man met een verrookte borstelsnor.[1]
     In het centrum van Tarin Kowt, de hoofdstad van de Afghaanse provincie Uruzgan, wordt hevig gevochten. Provinciale woordvoerder Mohammad Nayab zegt dat alle controleposten rond de stad zijn vernietigd of in handen zijn van de Taliban. Strijders belegeren het politiebureau in Tarin Kowt en het gebied rond het gouvernementsgebouw.[2]
     Maar ook veel blanke Amerikanen vinden dat de vlag niet langer thuishoort in het straatbeeld. Voormalig presidentskandidaat voor de Republikeinen Mitt Romney wil dat de vlag onmiddellijk wordt verwijderd uit de tuin van het gouvernementsgebouw van de staat South Carolina.[3]
  2. in Nederland het provinciehuis van de provincie Limburg
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Hoe oppositie in Turkije nieuwe energie zocht en vond” (Zaterdag 12 mei 2018, 21:17), NOS
  2.   Weblink bron “'Zware gevechten in Tarin Kowt'” (Donderdag 8 september 2016, 10:34), NOS
  3.   Weblink bron “Groeiende tegenstelling tussen blank en zwart Amerika” (Vrijdag 26 juni 2015, 16:47), NOS