Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • goot·steen·kast
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gootsteenkast gootsteenkasten
verkleinwoord gootsteenkastje gootsteenkastjes

Zelfstandig naamwoord

de gootsteenkastv / m

  1. een afsluitbare ruimte onder de gootsteen van de keuken
    • Aan de deur van ons gootsteenkastje zitten vuilnisbakken vast. 

Gangbaarheid