Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • golf·hoog·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord golfhoogte golfhoogten
golfhoogtes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de golfhoogtev

  1. (natuurkunde) amplitude van een golf; verticale afstand tussen golfdal en golftop
     Sinds die waarschuwing, die halverwege het onderzoek naar de MSC Zoe werd afgegeven, geeft de Kustwacht de schepen elke dag een navigatiebericht. Vanaf windkracht 5 en golfhoogten vanaf 5 meter wordt schepen langer dan 300 meter en breder dan 40 meter geadviseerd de noordelijke route boven de Waddeneilanden te nemen.[2]
     Probleem voor Marin bij de simulatie is dat nu niet bekend is hoe MSC Zoe beladen was. "Ook weten we al iets van de golfhoogte, maar willen we nog graag weten wat de golflengte was. Naast de manier van laden willen we ook graag weten hoe vol de containers waren", zegt Buchner.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Vaarverbod bij Waddengebied? 'Zolang de regels maar voor iedereen gelden'” (Woensdag 12 februari 2020, 21:08), NOS
  3.   Weblink bron “Simulatie moet aantonen hoe MSC Zoe 281 containers kon verliezen” (Dinsdag 8 januari 2019, 10:55), NOS