Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gis·te·ren·mor·gen
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

gisterenmorgen [1]

  1. de ochtend van de vorige dag
    • Gisterenmorgen wandelde Adam Lanza de Sandy Hook Elementary School in Newtown binnen, helemaal in het zwart gekleed en met twee wapens onder zijn vest verstopt. [2] 
    • Gantt kreeg tal van medailles en onderscheidingen voor zijn prestaties in de oorlog, zoals de Purple Heart. Zijn resten werden pas onlangs geïdentificeerd in Hawai, waarna ze gisterenmorgen naar Los Angeles werden gevlogen. [3] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

72 % van de Nederlanders;
91 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen